Cuba: herinneringen aan Trinidad

Cuba: herinneringen aan Trinidad

Met het heropenen van de Amerikaanse ambassade in Havana, zou je als toerist supersnel moeten zijn met een bezoek aan Cuba. Voordat McDonald's en Coca Cola hun intrede doen, voordat de mooie auto's verdwijnen en voordat er een eenenvijftigste staat bijgekomen is.

Havana2

Wanneer je landt op het Aeropuerto José Marti, zie je echter al gauw dat het zo'n vaart niet zal lopen. De vluchtinformatie staat à la teletekst op knipperende beeldschermen, de sigarendampen dwarrelen je neus binnen en alle medewerkers zijn er in grijs uniform (hoewel de jonge meiden er stuk voor stuk pikante netkousen onder dragen).

gevels

Waar de tijd nog het meest stil lijkt te staan is het stadje Trinidad. 's Ochtends word je wakker met het geluid van paardenkarren. Op straat lopen vele verkopers die luid verkondigen dat ze brood, avocado's of tomaten hebben. Oude mannetjes komen langsgerateld op dito krakfiets, er zijn nauwelijks auto's (op een paar klassieke Amerikaanse modellen na).

ezeltje

Voeg daaraan het geroezemoes toe van een volk dat gewend is om buiten te leven, waar alles zich afspeelt op straat en in deuropeningen, waar deuren en ramen vanwege de warmte zijn vervangen door luiken en prachtig vormgegeven hekken. De oude vrouw in haar schommelstoel lijkt daardoor op het zangvogeltje dat boven elke deur hangt, en dat gebruikt wordt voor zangwedstrijden op zondag.

vogeltjes

Als je dan bedenkt dat Trinidad op een steenworp ligt van zowel de bergen, watervallen als de Caribische zee met oneindige snorkelmogelijkheden, begrijp je dat we er een volle week gebleven zijn.

autoreparatie

We slenterden er vooral door de straatjes met prachtige koloniale huizen, we gingen elke avond naar de Casa de la Musica (in Cuba is er altijd live muziek. Altijd. Iedere dag), en als we even contact wilden met de buitenwereld, bezochten we het Plaza Cespedes, waar een van Cuba's fascinerendste fenomenen plaatsvindt.

Timtrinidad

Sinds april dit jaar is er WiFi op Cuba. Sinds augustus is het ook betaalbaar. Dat wil zeggen: voor een uur WiFi betaal je nu 2 CUC (dollar) in plaats van 8. Meestal is het een beetje meer omdat de benodigde kraskaarten worden opgekocht en doorverkocht, maar enfin. Op de grote pleinen komt men samen om te kunnen internetten, en het is een prachtig gezicht.

Zijn we er in Nederland aan gewend dat in koffietentjes iedereen achter z'n persoonlijke Apple-arsenaal verscholen zit, op Cuba vindt het buiten plaats. Hele gezinnen zie je breed lachend zwaaien naar een telefoonschermpje met daarop familie die ze eindelijk weer kunnen zien, een man naast me vroeg me tolk te spelen bij zijn amoureuze chatgesprek met een Filippijn (¿Puedes dicer que no tengo una esposa?), en uitgebreide filmcollecties werden aangelegd om daarna voor een paar cent te worden doorverkocht. Je gunt de Cubanen natuurlijk meer, maar laat Starbucks alsjeblieft nog even wegblijven.

plein Trinidad

Halverwege ons bezoek aan Cuba, kwam deze stad op het juiste moment. Ook al hebben we inmiddels goed wat reiservaring, het kostte ons een goede week voor we een beetje gewend waren aan het systeem.

Auto

Dat systeem houdt kort gezegd in dat iedereen je ziet als een wandelende portemonnee. Dit wordt in de hand gewerkt door het duale geldsysteem, waar de aan de dollar gekoppelde CUC (we hadden het al gauw over 'koekjes') voor luxegoederen en toeristen bestemd is. Met de vijfentwintig keer zo goedkope CUP kunnen groenten, fruit en andere gesubsidieerde middelen gekocht worden. Het gemiddelde maandsalaris van de Cubaan is zo'n 20 CUC, terwijl de prijs van een biertje gemakkelijk op 1,50 CUC ligt.

Hierdoor probeert iedereen op elke mogelijke manier aan geld te komen. Geef ze eens ongelijk, maar je wordt er als toerist wel achterdochtig van als je op bijna elke bon een foutrekening ziet en als geen enkele tip oprecht lijkt te zijn, omdat de raadgever meestal commissie krijgt voor de speciaal voor jou verhoogde prijs.

Moto

Op onze laatste dag in Trinidad maakten we nog een wandeling door de straten om afscheid te nemen van de stad. We hadden een lange fietstocht ondernomen en ik was moe, verbrand en was vlak voor de fietsverhuur gevallen, waarbij ik m'n knie pijnlijk geschaafd had. Ik was bovendien helemaal klaar met alle mensen die ons continu tours, een taxi of sigaren aanboden.

Trinidad

Er kwam een man naast ons lopen. Hij had een houten kruiwagen en een vaal Kiplingtasje bij zich, en vroeg vrolijk waar we vandaan kwamen. De meeste jineteros (ronselaars) beginnen zo, en mokkend zei ik 'Holanda'. Nee, maar wáár in Holanda kwamen we vandaan? Toen ik vertelde dat ik uit
Friesland kwam, antwoordde de man in zangerig Spaans:

Oh Friesland, met die prachtige hoofdstad Leeuwarden, met de eilanden Vlieland, Ameland en nog vele anderen die tot de archipelago van de Nederlanden behoren, met uitzondering van het grotere Texel, want dat is van Noord-Holland.

We stonden versteld. Had hij Europa bezocht, vroegen wij. Iets dat ons raar leek, aangezien de grens pas drie jaar geleden open gegaan is voor de Cubanen, en deze man er niet uitzag alsof hij zich zo'n kostbare Eurotrip kon veroorloven. 'Nee', zei hij dan ook,

Yo soy un turista imaginaria, un poeta de la carretera y un investigador

Luis Martinez was nog nooit Trinidad uit geweest, maar bezocht elke dag de bibliotheek, waar hij las over de wereld. Om alles te kunnen onthouden, goot hij de informatie in gedichten, die hij opschreef en uit z'n hoofd leerde. In het Kiplingtasje zaten vijf notitieboeken met de mooiste teksten over de Nederlandse provincies, Europese hoofdsteden, vorsten, veldslagen en noem het maar op.

Luis

Luis bood aan ook over ons iets te schrijven, gezeten op z'n kruiwagen: Recuerdos de Trinidad, een ode aan die twee Hollanders die ontroerd en met stomheid geslagen toekeken hoe prachtig de wereld, en vooral Cuba, toch kan zijn.